07/06/2024

De rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen - afdeling Oudenaarde heeft twee beklaagden veroordeeld wegens oplichting. Zij vroegen aan minstens 23 mensen – vaak in een financieel kwetsbare situatie – voorschotten voor kredietaanvragen die daarna nooit werden uitgevoerd. Beide beklaagden liepen in het verleden al talrijke veroordelingen op voor oplichting en misbruik van vertrouwen.

Feiten

De eerste beklaagde verkocht begin 2016 BVBA Italia Shoe voor 10.000 euro aan NC, die hierna de naam veranderde naar Sattlerhof Investment Group BVBA. Met deze nieuwe vennootschap wenste NC te investeren in vastgoed. De eerste en derde beklaagde kwamen in dienst als medewerker, maar werden respectievelijk na 6 en 18 maanden ontslagen.

Na klachten van ontevreden klanten legt Sattlerhof Investment Group BVBA in januari 2020 klacht neer tegen de eerste beklaagde en onbekenden wegens oplichting.

De eerste beklaagde zou zich samen met de tweede en derde beklaagde schuldig hebben gemaakt aan oplichting, door aan minstens 23 mensen in naam van Sattlerhof Investment Group BVBA voorschotten te vragen bij het organiseren van hun kredietaanvraag. In realiteit werden deze kredietaanvragen niet uitgevoerd of waren ze bij voorbaat gedoemd om te mislukken. De eerste beklaagde speelde hier de meest voorname rol bij. In totaal werd er op die manier minstens 10.000 euro valselijk opgestreken. De feiten vonden plaats in 2017, 2018 en 2019.

De meeste slachtoffers waren financieel en/of maatschappelijk kwetsbare personen die vaak op de zwarte lijst stonden bij financiële instellingen. Zij zagen in de hulp van de eerste beklaagde (al dan niet met de tweede beklaagde) hun laatste redmiddel. De slachtoffers werden benaderd via krantenadvertenties waarin diensten van schuldherschikking, het bekomen van een lening, hulp bij de aankoop van meubelen en bijstand bij alle juridische, fiscale en andere problemen werd aangeboden. Nadat hen een overeenkomst werd voorgelegd en er voorschotten werden betaald, verbraken de beklaagden het contact met hun slachtoffers.

Bij zijn ondervraging verklaarde de eerste beklaagde dat hij na zijn ontslag bij Sattlerhof Investment Group BVBA verder werkte als zelfstandig freelancer, en dit met medeweten van de derde beklaagde. Hij stelde ook dat het in de bovenvermelde gevallen om middelenverbintenissen ging en niet om resultaatverbintenissen. In bepaalde gevallen kon ook geen krediet worden vertrekt door de slechte financiële situatie waarin bepaalde personen verkeerden. Na het ondertekenen van de overeenkomsten werden altijd prestaties verricht.

De drie beklaagden liepen in het verleden al talrijke gerechtelijke veroordelingen op. Zo werd de eerste beklaagde in 2017 veroordeeld door het hof van beroep te Gent tot een gevangenisstraf van 18 maanden wegens onder meer valsheid. Terwijl dit arrest werd uitgesproken, maakte hij zich ondertussen schuldig aan bovenstaande feiten. In totaal werd hij al liefst 45 keer correctioneel veroordeeld, waaronder voor oplichting en misbruik van vertrouwen. De tweede beklaagde liep eerder al 23 veroordelingen op voor onder andere oplichting, diefstallen met geweld en opzettelijke slagen. De derde beklaagde werd in 2012 door het Gentse hof van beroep veroordeeld tot 1 jaar gevangenisstraf wegens  oplichting.

Beschuldigingen

Op basis van het onderzoek moest de beklaagde zich voor de rechtbank verantwoorden  voor:

  • Oplichting
  • Poging tot oplichting
  • Lidmaatschap van een criminele organisatie

Strafmaat

De rechtbank heeft de eerste beklaagde veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden en een boete van 1.600 euro. De tweede beklaagde kreeg een gevangenisstraf van 6 maanden en een boete van 1.600 euro. De derde beklaagde werd vrijgesproken.

De rechtbank hield bij de strafmaat rekening met de ernst van de feiten, de persoonlijkheid van de beklaagden en hun strafverleden. Zo bestempelde de rechtbank de eerste beklaagde als een beroepsoplichter met een rijk gevuld strafregister die zich uit louter geldgewin en zonder scrupules opnieuw schuldig maakte aan oplichting ten nadele van kwetsbare personen die reeds in schulden zitten.