“We moeten onze job beter verkopen”
Op 8 mei 2024 legde Peter Marcoen de eed af als nieuwe voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen. Hij volgt in die functie Dirk Van der Kelen op. “Ik wil hier een eenheidsrechtbank creëren.”
“Ik startte mijn loopbaan in 1990 als advocaat aan de balie van Dendermonde”, aldus Peter Marcoen. “Op een periode van 10 maanden legerdienst na bleef ik tot 2002 de advocaattoga dragen. Ik had een kantoor in Aalst, en was gespecialiseerd in bouwzaken, verkeer en algemeen verbintenisrecht. Sinds 1995 trad ik af en toe op als plaatsvervangend rechter in de rechtbank van Dendermonde. Ik was er ook een tijdje werkend rechter. Aan diezelfde rechtbank werd ik in 2002 tot magistraat benoemd.”
In 2009 kwam u naar het hof van beroep in Gent.
Peter Marcoen: Ik werd raadsheer in de 16e kamer. Dat was in die dagen een bouwkamer, die louter bouwgeschillen en burgerlijke zaken behandelde. De laatste vijf jaar zijn daar ook enkele commerciële zaken bijgekomen. Van zodra we “unus” zetelden, bemande ik de 16° ter kamer.
Waarom koos u voor het mandaat van voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen?
Peter Marcoen: Om verschillende redenen. Ik zie het om te beginnen als een uitdaging. Daarnaast miste ik de laatste jaren het sociaal contact. Ik was slechts 1 dag per week op het hof. De rest van de week schreef ik thuis aan mijn arresten. Ik deed mijn werk als raadsheer zeer graag, maar het werd ook een beetje routine. Ik vind het leuk om in mijn loopbaan af en toe andere dingen te doen. Van elke functie leer je bij.
Zetelt u daarom ook in het Belgische Arbitragehof voor de Sport (BAS)?
Peter Marcoen: Ik ben al vele jaren enorm geïnteresseerd in sport en in sportrecht. Ik zetelde al in het Vlaams Sporttribunaal (VST) toen het BAS op zoek was naar arbiters. En dus diende ik mijn kandidatuur in. Zo kan ik naast mijn bestuurstaken als voorzitter nog wat juridisch veldwerk blijven doen.
Naast sport vind ik ook het tuchtrecht enorm fascinerend. Zo was ik vijf jaar lang tuchtrechter voor magistraten in hoger beroep. Ik behoorde tot de eerste lichting tuchtrechters, en vond het meteen interessant. Daarnaast zetelde ik als plaatsvervangend magistraat in tuchtraden hoger beroep van de orde der artsen en de orde der apothekers. Als mens vond ik het verrijkend om ook bij te leren van niet-magistraten.
Welke accenten wilt u tijdens uw voorzitterschap leggen?
Peter Marcoen: De rode draad wordt eenheid. Ik wil van de drie afdelingen van Dendermonde, Gent en Oudenaarde één rechtbank maken. Uiteraard zal ik de autonome werking van elke afdeling bewaken. Het is vooral de bedoeling om de werkprocessen meer uniform op elkaar af te stemmen. Een voorbeeld: het inleiden en doorlopen van een echtscheiding mag in de drie afdelingen geen grote verschillen vertonen.
Het huidige eilandgevoel moet weg. Ik zal na mijn termijn als voorzitter oprecht blij zijn als magistraten antwoorden met “de rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen” op de vraag voor wie ze werken. Ik besef dat dit zeker in het begin geen evidente boodschap is, maar ik merk wel dat er binnen onze afdelingen vraag is naar meer samenwerking, overleg en wederzijdse kennis.
Ik wil ook openstaan voor de pers. We moeten als rechtbank streven naar een objectieve en open verslaggeving, en ook toegankelijker worden voor het grote publiek. Daarnaast wil ik nauwe banden aanhalen met de advocatuur. Daar zitten heel sterke mensen bij, maar ze zijn vaak bang om de sprong naar de magistratuur te wagen. We moeten onze job beter verkopen, zodat juristen inzien wat ze inhoudt. Want zonder goede rechters heb je geen justitie meer! Onlangs waren er in Oost-Vlaanderen 11 open plaatsen voor magistraten. Er hebben zich 3 kandidaten aangemeld…
U wijst ook naar de politiek.
Peter Marcoen: De huidige minister van justitie doet zijn best. Je merkt dat hij zelf uit de magistratuur komt. Maar in het algemeen is er ook binnen de politieke wereld te weinig kennis over justitie. Ik hoor soms politici uitspraken doen over vonnissen of magistraten, zonder ook maar de geringste kennis over inhoud of personen. Puur omdat het niet in hun ideologische kraam past. Daar erger ik me blauw aan! Als justitie moeten wij – terecht – respect hebben voor de wetgevende en uitvoerende macht, maar omgekeerd verwacht ik dan wel hetzelfde.
Ik vind respect en eerbied overigens heel belangrijk. Je mag gerust schrijven dat het me oprecht verdriet doet dat ik die waarden binnen onze samenleving steeds meer zie verdwijnen. Onze maatschappij vervlakt.
Wat is daar volgens u de reden van?
Peter Marcoen: Alles begint bij opvoeding. En daar loopt het vaak al fout. Ongeacht welke cultuur of achtergrond iemand heeft, ongeacht de rol van sociale media of digitalisering,… Ouders moeten opnieuw meer hun verantwoordelijkheid nemen, en niet verwachten dat scholen of rechters dat in hun plaats doen.
Wordt dit voorzitterschap de kroon op uw loopbaan?
Peter Marcoen: Dat zal ik moeten afwachten. Ik ben 58 jaar, dus het lijkt me wel een mooie afsluiter. Maar gemakkelijk of evident zal het niet worden. Ik geef mezelf een jaar om alles onder de knie te krijgen, en te leren managen. Maar dat is niet erg, want had ik al verteld dat ik van uitdagingen hou? (lacht).
Tekst: Peter Catthoor